Immuuntherapie
Immuuntherapie, ook wel allergeen-specifieke immuuntherapie (ASIT) genoemd, wordt bij mensen met atopie al sinds begin van vorige eeuw gebruikt. In 1992 is immuuntherapie van Artuvetrin als diergeneesmiddel geregistreerd. Op de website van Artuvetrin lees je meer over allergietesten en de behandeling met immuuntherapie.
Het is een van de behandelingsvormen van de behandeling van atopie. Op deze pagina lees je meer over ASIT.
Het is de enige behandeling die het verloop van de allergie kan veranderen en de reactie van het immuunsysteem kan aanpassen zonder deze te onderdrukken.
Desensibliseren
Sensibilisatie is het proces waarbij dieren gevoelig (gemaakt) worden. Door herhaalde blootstelling aan stofjes in de omgeving reageert het afweersysteem bij allergische dieren overmatig. Het lichaam maakt als het ware van een mug een olifant. Onschadelijke huisstofmijten of graspollen zijn ineens een bedreiging voor het lichaam en moeten met grof geschut aangepakt worden. Dat is één van de redenen waarom we niet te lang moeten wachten om de jeuk en ontsteking te behandelen. Naarmate de tijd verstrijkt kan het lichaam meer gevoelig worden en wordt het steeds lastiger om de allergie te behandelen. Op celniveau zien we een verschuiving van de betrokken cellen en stofjes. Bij chronische jeuk wordt het steeds lastiger om gericht te behandelen.
Desensibilisatie is het proces waarbij het lichaam weer ‘ongevoelig’ gemaakt kan worden. Dat is het doel van de immuuntherapie: ervoor zorgen dat het afweersysteem niet meer overmatig reageert na blootstelling aan omgevingsallergenen.
Allergietesten
Om het lichaam te desensibiliseren moeten we eerst in kaart brengen op welke stofjes het lichaam overgevoelig reageert. Hiervoor gebruiken we twee allergietesten: de serumtest (bloedonderzoek) en huidtest (intradermale test). In het artikel ‘Allergietesten‘ lees je meer informatie.
Na het bloedonderzoek heb je binnen 1-2 weken een uitslag. De huidtest wordt direct door de dermatoloog afgelezen. Sommige dieren hebben een vertraagde reactie, dat betekent dat er 1-2 dagen na de huidtest alsnog een rode zwelling kan ontstaan op de plek waar het allergeen is ingespoten.
Hoe werkt de immuuntherapie?
Aan de hand van de uitslag van de bloed- en/of huidtest kan het laboratorium een desensibilisatiekuur maken.
De immuuntherapie werkt door het periodiek geven van een dosis allergenen (per injectie of via het bekje). Het afweersysteem reageert daar op en uiteindelijk wordt er bij een deel van de honden een tolerantie voor de desbetreffende allergenen opgebouwd. Het afweersyteem wordt als het ware getraind om niet meer overmatig te reageren.
Bij atopische dieren reageert het afweersysteem namelijk afwijkend. Hierbij spelen T-cellen een belangrijke rol. T-cellen (T-lymfocyten) zijn witte bloedcellen (afweercellen), onderdeel van het verkregen immuunsysteem. Er bestaan verschillende soorten T-cellen met elk een andere taak, bv. T-helper cellen (Th) en regulerende T-cellen (Treg).
T-cellen laten allerlei stofjes (o.a. cytokines) los om met andere afweercellen te communiceren en bepaalde processen te activeren. Bij allergische honden zijn T-helper 2 cellen in de meerderheid. Bij chronische problemen zien we een verschuiving naar T-helper 1 cellen.
De immuuntherapie grijpt aan op de populatie T-cellen. Er wordt een nieuwe generatie regulerende T-cellen geactiveerd. Deze T-reg cellen onderdrukken T-helper 1 en 2 cellen. Dit resulteert dan in minder ontsteking, jeuk en andere huidklachten.
- Th1 cellen sturen andere afweercellen aan: macrofagen, Natural Killer-cellen, cytotoxische T-cellen.
- Th2 cellen zorgen ervoor dat B-cellen (andere afweercellen van het verkregen afweersysteem) antilichamen (antistoffen) maken.
Macrofagen: zijn een belangrijk onderdeel van het afweersysteem. Zij eten celresten en ziekteverwekkers op (‘fagocyteren’).
Natural Killer (NK) cellen: zijn de eerste verdediging tegen indringers van buitenaf (ze reageren ‘van nature’ op lichaamsvreemde stofjes).
Cytotoxische T-cellen: deze gespecialiseerde T-cellen geven stofjes (toxinen) af die de dood van andere cellen in gang zet. Dit zijn meestal geïnfecteerde lichaamseigen cellen maar bijvoorbeeld ook kankercellen.
Treg cellen remmen andere T-cellen zodat het afweersysteem niet doorslaat.
De behandeling zelf
Zodra de uitslag(en) bekend zijn, kan het laboratorium een allergeen-specifieke-immuuntherapie maken.
De therapie wordt op maat gemaakt voor elk dier, op basis van de allergenen die worden geïdentificeerd met de allergietesten. De dierenarts of dermatoloog geeft aan het laboratorium door welke allergenen in de immuuntherapie meegenomen moeten worden. Het kan voorkomen dat niet alle positieve allergenen uit de test in de therapie komen. We willen alleen de relevante allergenen toevoegen.
Als de desensibilisatiekuur gemaakt is, wordt deze naar de praktijk opgestuurd. De dierenarts of dermatoloog zal daarna de behandeling uitleggen waarbij er ook geoefend wordt om zélf de onderhuidse injecties te geven. Meeste eigenaren geven de injecties zelf maar veelal is het ook mogelijk om dit op de praktijk te laten doen. In het filmpje hieronder kun je zien hoe het in z’n werk gaat (bron: Allergiepoli voor honden Youtube kanaal).
Bij het starten van de therapie wordt er begonnen met een opbouwschema. De maximale dosering per maand is 1 ml. Niet elke hond reageert hetzelfde, in sommige gevallen is het standaardprotocol te snel qua opbouwen of is de hoeveelheid allergenen te hoog. We kunnen dan afwijken van het schema.
Uiteindelijk komen we uit op een onderhoudsdosering waar de hond het goed op doet. Dit kan 1 ml per 4 weken zijn maar ook om de week 0,5 ml of elke 3 weken 0,8 ml. Door het behandelschema op de hond aan te passen behalen we de beste resultaten.
Er bestaat sinds kort ook een ‘sublinguale’ immuuntherapie. Hierbij worden de allergenen niet per injectie onder de huid toegediend maar via een pompje in de bek (wangslijmvlies, onder de tong). Deze behandeling is anders dan de gebruikelijke immuuntherapie. Er kunnen 12 allergenen in één flesje en de vloeistof moet dagelijks toegediend worden (i.p.v. 8 allergenen en maandelijkse toediening).
De sublinguale immuuntherapie is een optie voor eigenaren die niet kunnen prikken of voor honden waarbij de injecties bijwerkingen veroorzaken. Het is ook mogelijk dat honden die niet goed reageren op de injectievariant, wel positief reageren op de sublinguale immuuntherapie.
Ik hoor heel vaak dat het niet duidelijk is dat de behandeling levenslang is. Mensen denken dat het één kuur is en stoppen vervolgens als het flesje leeg is.
Succes en kosten
Over het algemeen zien we binnen 6-9 maanden dat de behandeling effect heeft. Helaas is de behandeling niet voor alle honden succesvol. Ongeveer 60-70% laat (meer dan 50%) verbetering zien. Veel honden die goed reageren, hebben echter nog andere behandelingsvormen nodig (shampootherapie, oorzalf, medicatie). Het doel van de immuuntherapie is dat: (1) dieren minder klachten hebben, of (2) er minder opflakkeringen gezien worden, of dat (3) dieren minder medicatie nodig hebben.
Ongeveer 20% van de honden is met alleen immuuntherapie klachtenvrij.
De immuuntherapie, 1 flesje van 10 ml, bevat 1 tot 8 allergenen. Het is mogelijk om meer dan 8 allergenen te behandelen maar dan zijn er additionele flesjes nodig. Als we 1 ml per maand geven dan kun je met één flesje 10 maanden vooruit. Omgerekend kost de immuuntherapie gemiddeld per maand zo’n 25-50 euro, dit is afhankelijk van de hoeveelheid allergenen (1-4 is goedkoper dan 5-8) en bij meerdere flesjes zijn de kosten vanzelfsprekend hoger.
Het beste resultaat - tips&trucs
- Elke hond is anders
- Behandeling op maat is essentieel voor een goed resultaat
- Het standaardschema is een richtlijn
- Het is aan te raden om het eerste half jaar de jeuk en ontsteking te behandelen
- Blijf monitoren op bijkomende huidinfecties!
- Vergeet de parasieten niet!
- Is de rol van voedsel onderzocht met een betrouwbaar en strikt eliminatiedieet?
- Houd een dagboek bij
- Kijk goed naar de omgeving, misschien kun je een verband ontdekken met stofjes uit de omgeving en het ontstaan van jeuk of andere klachten?
- Meer jeuk ná de injectie betekent dat we teveel geven → dosering aanpassen
- Combinatie van bloed- en huidtest is het beste (?)
Een negatieve bloedtest kan het beste opgevolgd worden door een huidtest. Maar ook als de bloedtest wél positief is, kunnen we verantwoordelijke allergenen missen die wel met de huidtest naar voren komen.
© 2019 Huidadvies voor Dieren
Geschreven door dierenarts Kelly van Amersfort
Bronvermelding:
– https://www.hematologienederland.nl
– https://mens-en-gezondheid.infonu.nl
– ESAVS dermatologie cursus
– https://www.artuvet.com/nl/
– Youtube kanaal Allergiepoli voor honden