Wat te doen bij een kat met jeuk?
Jeuk bij katten is niet alleen vervelend, het is een signaal van een onderliggend gezondheidsprobleem. Maar wat zijn uitingen van jeuk, welke huidklachten passen hierbij en wat zijn mogelijke oorzaken? In deze blog lees je daar kort meer over.
Tot slot neem ik je mee in een overzichtelijk stappenplan. Je leest hoe je stap voor stap kunt achterhalen wat de oorzaak van de jeuk is — en wat je zelf kunt doen om je kat te helpen zich weer prettig te voelen.
Heb je vragen, vul het contactformulier onderaan de pagina in.
Jeuk bij de kat
De definitie van jeuk is het onaangename of hinderlijke gevoel in de huid dat de behoefte opwekt om te gaan krabben. Bij katten zien we naast krabben meer gedragingen die we interpreteren als een uiting van jeuk:
- Overmatig likken of poetsen
- Knabbelen en bijten
- Schudden met kop of flapperen met de oren
- Sleetje rijden
Lees meer over jeuk in het artikel ‘Jeuk bij honden en katten‘.
Door overmatig poetsen (likken) en krabben kunnen er huidafwijkingen ontstaan zoals kaalheid, korstjes, schaafwondjes of zelfs bloedende wonden.
Huidreactiepatronen
Bij katten met huidproblemen en jeuk zien we vaak dezelfde soort huidafwijkingen. Dit noemen we ‘huidreactiepatronen‘. Het zijn specifieke manieren waarop de huid reageert op onderliggende problemen. Deze patronen zijn dus geen ziekten op zich, maar wijzen op een oorzaak of aandoening.
Bij katten met jeuk en huidproblemen bestaan er vier reactiepatronen:
- Miliaire dermatitis
- Kop en nek ontvelling (klik hier)
- Zelf-veroorzaakte kaalheid (klik hier)
- Eosinofiel granuloom complex (EGC)
Hieronder staan een aantal foto’s van de verschillende huidreactiepatronen. Klik of tik op de foto om in te zoomen.
In het artikel ‘Huidreactiepatronen bij de kat‘ vind je meer informatie en foto’s. Bij meeste katten wijst de aanwezigheid van één of meerdere van de huidreactiepatronen op een onderliggende allergie. Maar ook andere oorzaken van jeuk kunnen dit soort klachten veroorzaken.
Oorzaken van jeuk bij de kat
De lijst met oorzaken voor jeuk bij de kat is lang. De meest voorkomende oorzaken van jeuk zijn ectoparasieten en huidallergieën. Mijn schattig in dat meer dan 80-90% van de katten met uitingen van jeuk of één van de huidreactiepatronen hier last van heeft. Bij de overige 10-20% kan er sprake zijn van één van de overige oorzaken. Meeste van deze aandoeningen zijn zeldzaam. Doorverwijzing naar een dierenarts gespecialiseerd in huidproblemen of dierendermatoloog is dan vaak aan te raden.
- Vlooien
- Mijten (schurftmijt, herfstmijt, oormijt, vachtmijt, demodex)
- Feline herpes dermatitis (klik hier)
- Schimmelinfectie (klik hier)
- Malassezia overgroei (gisten)
- Vlooienallergie
- Voedselovergevoeligheid (klik hier)
- Feline Atopic Skin Syndrome (omgevingsallergie)
- Muggenbeetovergevoeligheid
- Medicijnovergevoeligheid / 'adverse drug reaction'
- Hyperthyreoïdie
- Pemphigus foliaceus (klik hier)
- Cutane mastocytose / 'urticaria pigmentosa'
- Idiopathische faciale dermatitis bij Perzische en Himalaya katten
- Idiopathische ulceratieve dermatitis
- & nog een aantal zeldzame andere aandoeningen
Oorzaak achterhalen
Heeft jouw kat uitingen van jeuk of één van de huidreactiepatronen? Dan is het advies om een afspraak te maken bij de dierenarts. Hieronder lees je wat er tijdens het consult gedaan wordt:
Het eerste consult
Bij het eerste consult wordt er informatie verzameld over de klachten van jouw kat. Dit doet de dierenarts met behulp van het signalement (ras, geslacht, leeftijd), anamnese (vragenuurtje over ziektegeschiedenis) en uitgebreid lichamelijk onderzoek.
Aan de hand van de verzamelde informatie kan de dierenarts een lijst met mogelijke oorzaken opstellen. De aandoeningen op deze lijst bepalen vervolgens welke onderzoeken er het beste uitgevoerd kunnen worden om tot een diagnose te komen.
Tijdens dit consult worden er vaak twee of drie soorten diagnostische testen uitgevoerd zoals vlooienkam en microscopisch onderzoek (huidafkrabsels, cytologisch onderzoek). Huidafkrabsels zijn nodig om de aanwezigheid van mijten op of in de huid aan te tonen. Cytologisch onderzoek wordt gebruikt om te beoordelen of er sprake is van een huidinfectie of een overgroei van bacteriën of gisten*. Deze onderzoeken geven snel inzicht in mogelijke oorzaken van jeuk waardoor de diagnose soms al tijdens het eerste bezoek gesteld kan worden.
Aan het einde van het consult zal de dierenarts advies geven over mogelijke oorzaken en welke onderzoeken nodig zijn om de diagnose te stellen. Ook zal er vaak een symptomatische behandeling opgestart worden om de klachten te verlichten en de kat te helpen voordat er een diagnose wordt gesteld.
Bij chronische jeuk en allergische katten zullen de klachten meestal niet weggaan met alleen behandeling tegen vlooien of mijten of de aanpassing van het dieet. Bijkomende huidinfecties en wonden moeten vaak ook behandeld worden.
*Huidinfecties en overgroei met bacteriën of gisten
Huidinfecties of een overgroei met bacteriën of gisten zien we meestal bij katten met (krab)wonden, kop en nek ontvelling en klachten van het eosinofiel granuloom complex. Een infectie of overgroei zorgt voor (extra) jeuk en voorkomt genezing. Het is belangrijk om dit vóór de start van het stappenplan te laten onderzoeken om tot een goede diagnose te kunnen komen. Daarnaast zijn huidinfecties en overgroei het gevolg van een onderliggende aandoening. Na behandeling van de infectie is het dus alsnog noodzakelijk om de oorzaak van de jeuk of huidinfectie te vinden.
Stappenplan
Let op: Dit stappenplan richt zich op het opsporen van de meest voorkomende oorzaken van jeuk bij katten, zoals vlooien, mijten en allergieën (vlooien-, voedsel- en omgevingsallergie). Voor de diagnose van combinatie-allergieën of gelijktijdige aandoeningen is begeleiding door een ervaren dierenarts of veterinaire dermatoloog essentieel.
Minder gangbare oorzaken – zoals auto-immuunziekten of zeldzame aandoeningen – vallen buiten de scope van dit stappenplan. Bij twijfel of aanhoudende klachten is aanvullend specialistisch onderzoek altijd aan te raden. Aanwijzingen voor deze aandoeningen worden doorgaans gevonden in het signalement, de anamnese, de ziektegeschiedenis en het lichamelijk onderzoek. Voor juiste interpretatie is het belangrijk dat een dierenarts beschikt over voldoende kennis en ervaring op het gebied van dermatologische aandoeningen.
Een goede aanpak begint met een doordacht plan en stapsgewijs proces.
Door zorgvuldig elke stap van het stappenplan te doorlopen, verklein je de kans dat je belangrijke signalen mist. Het zorgt voor een gestructureerd manier om tot de juiste diagnose te komen, in plaats van lukraak verschillende oorzaken of behandelingen te proberen. Zeker bij jeukklachten bij katten — waar de oorzaak niet altijd direct zichtbaar is — is deze nauwkeurige werkwijze cruciaal.
In onderstaande illustratie staan de belangrijkste stappen.
Stap 1: rol van vlooien en mijten
Ook als er bij het consult geen vlooien, vlooienpoepjes of mijten gevonden worden, kunnen deze parasieten toch jeuk veroorzaken. Ze zijn namelijk niet altijd makkelijk te vinden.
Daarom is het bij elke kat met jeuk en één van de huidreactiepatronen het advies om altijd een goede vlooien- en/of mijtenbestrijding toe te passen. Ook bij binnenkatten! Dit noemen we een ‘diagnostische behandeling‘.
Het advies is om de behandeling tegen vlooien gedurende 3-4 maanden te continueren. Voor mijten is vaak een korter termijn voldoende. Voor diagnose van een vlooienallergie zijn de volledige 3-4 maanden nodig!
Het is belangrijk om het effect van de anti-vlo of -mijt behandeling te laten beoordelen door de dierenarts bij een controle consult.
Goede spot-on (pipet) opties:
- Dinotefuran / Pyriproxyfen (Vectra Felis®); tegen vlooien
- Imidacloprid (Advantage®); tegen vlooien
- Imidacloprid / Moxidectine (Advocate®); tegen vlooien, oormijten en schurfmijt (notoedres cati)
- Isoxazolinen zoals fluralaner (Bravecto®); tegen vlooien en oormijten
- Selamectine (Stronghold®); tegen vlooien en oormijten
Voor katten met wonden in de nek, gevoeligheid voor pipetten of schuchtere katten bestaan er ook tabletten zoals AdTab kauwtabletten of Credelio® tabletten (Lotilaner). Deze moeten 1 x per maand toegediend worden, bv elke 1e van de maand.
Let op: er zijn geen producten geregistreerd voor behandeling van vachtmijten en demodex mijten bij de kat.
Advies bij verdenking vlooien, mijten en vlooienallergie vind je hieronder:
Bv. elke 4 weken een pipet tegen vlooien
(totaal 3 pipetten)
of
Eenmalig een pipet Bravecto®
Meestal is 1 a 2 toedieningen voldoende, volgens bijsluiter toedienen.
Bv. elke 4 weken een pipet tegen vlooien
(totaal 4 pipetten)
of
elke 12 weken een pipet Bravecto®
(totaal 2 pipetten)
Stap 2: rol van voeding
Na het uitsluiten of behandelen van vlooien en mijten wordt er vervolgens gekeken naar de voeding.
Gedurende minimaal 8 weken wordt een eliminatiedieet gegeven. Als de klachten tijdens het eliminatiedieet met >50% verminderen of helemaal verdwijnen, wordt er aansluitend een provocatie met het oude dieet uitgevoerd. Hiermee wordt de diagnose voedselovergevoeligheid bevestigd.
Bij deze stap is het advies om minimaal 2 momenten van evaluatie en controle in te plannen, bijvoorbeeld op 4 en 8 weken na start dieet. Bij goed effect en start provocatie volgen één of meerdere contact- of controle momenten.
In tegenstelling tot wat vaak gezegd wordt, ben ik van mening dat een eliminatiedieet ook bij buitenkatten zin heeft. Gaan de klachten namelijk weg dan heb je de oorzaak waarschijnlijk gevonden! Bij blijvende klachten kunnen we alleen voeding als oorzaak niet uitsluiten omdat de kat buiten nog van alles kan eten.
Heeft het dieet na 8-12 weken geen effect op de jeuk en huidklachten? Dan kan er een tweede eliminatiedieet geadviseerd worden of gaan we door naar stap 3.
Bij een klein deel van de katten is het niet helemaal duidelijk of de kat daadwerkelijk een (omgevings)allergie heeft, of dat er toch iets anders speelt. In dat geval is het belangrijk om eerst andere oorzaken uit te sluiten voordat je verder gaat naar stap 3. Je komt dan uit bij stap 4 — onderaan deze pagina lees je wat die inhoudt.
Stap 3: rol van omgeving
Als de strikte vlooienbestrijding en een eliminatiedieet géén effect hebben op de klachten en jeuk, dan is er een grote kans dat de oorzaak in de omgeving ligt.
Bij katten met een omgevingsallergie (Feline Atopic Skin Syndrome; FASS) ontstaat er een allergische reactie op pollen, huis(stof)mijten, huidschilfers of omgeving schimmels. Soms is er sprake van een Malassezia (gist) overgevoeligheid.
Vaak wordt gedacht dat de diagnose omgevingsallergie met behulp van allergietesten wordt gesteld. Dat is helaas NIET zo. Dit doen we door het uitsluiten van alle mogelijke oorzaken voor de klachten.
Hoe verder bij de diagnose omgevingsallergie?
Bij stap 3 van het stappenplan kan de rol van de omgeving onderzocht worden en wordt er gestart met een (levenslange) behandeling. Dit omvat:
- Gedetailleerde analyse van de klachten, het verloop en de omgeving van de kat
- Allergietesten zoals bloed- of huidtest om eventuele allergenen in kaart te brengen*
- Behandeling omgevingsallergie
- Vermijden van allergenen (indien bekend)
- Immuuntherapie
- Symptomatische behandeling
*De allergietesten worden eigenlijk alleen uitgevoerd als we de kat met immuuntherapie willen behandelen. Is de kat niet te prikken of zie je het niet zitten om levenslang injecties toe te dienen (1-2 x per maand)? Dan heeft een allergietest in de praktijk vaak niet heel veel toegevoegde waarde.
Voorbeeld traject
Hieronder vind je een overzicht van een mogelijk traject voor de kat met jeuk.
Eerste consult
Signalement, uitgebreide anamnese en lichamelijk onderzoek.
De leeftijd, het ras en de klachten van de kat kan de dierenarts in een bepaalde richting wijzen.
Probleemlijst en Ddx
Op basis van de verzamelde informatie en bevindingen tijdens het eerste consult maakt de dierenarts een probleemlijst met bijbehorende mogelijke oorzaken. Dit noemen we ook wel een differentiaal diagnose (Ddx). Deze wordt gerangschikt van meest waarschijnlijke naar minst waarschijnlijke oorzaak en bepaald welke onderzoeken er uitgevoerd dienen te worden.
Eerste diagnostische testen
Tijdens het eerste consult worden er vaak enkele eerste diagnostische testen uitgevoerd zoals:
- Vlooienkam
- Huidafkrabsels
- Cytologisch onderzoek
- (Trichogram)
- (Schimmelkweek)
Afhankelijk van de klachten en probleemlijst zal de dierenarts een of meerdere van deze onderzoeken uitvoeren.
Hoe verder?
Mocht er uit de eerste diagnostische testen niks komen, dan is het belangrijk om onderstaande stappen te doorlopen. Vaak wordt dit stap voor stap gedaan. Dierendermatologen of ervaren dierenartsen in de dermatologie nemen soms meerdere stappen tegelijkertijd. Dit scheelt weer tijd.
Stap 1
Rol van ectoparasieten onderzoeken: vlooien en mijten
Behandeling tegen vlooien of mijten
Controle
Bij verdenking op vlooien en mijten is het advies om na 4-8 weken een live of telefonische controle in te plannen.
Tijdens de controle zal het effect van de behandeling geëvalueerd worden. Bij voldoende effect zal de dierenarts behandeladvies voor de lange termijn geven.
Bij onvoldoende effect worden vervolgstappen besproken en gaan we door naar stap 2.
Stap 2
Rol van de voeding onderzoeken
Na strikte vlooienbestrijding of anti-mijt behandeling wordt de rol van de voeding onderzocht door gedurende minimaal 8 weken een speciaal eliminatiedieet te geven.
Controle
Het advies is om minimaal twee controles of contact momenten in te plannen bij de start van het eliminatiedieet. Tijdens de controles wordt het effect van het dieet geëvalueerd. Waar nodig worden er aanpassingen gedaan of kan het traject bijgestuurd worden.
Bij voldoende effect na minimaal 8 weken eliminatiedieet zal de dierenarts volgt de provocatie ter bevestiging van de diagnose voedselovergevoeligheid. Vervolgens kan door middel van een traject achterhaald worden op welke voedingsstoffen de kat reageert. Of er wordt voedingsadvies gegeven voor lange termijn behandeling.
Heeft het dieet geen effect op de jeuk en huidklachten? Dan kan er soms een tweede eliminatiedieet geadviseerd worden of wordt het stappenplan vervolgd. In meeste gevallen wordt er direct bij de eindcontrole van stap 2 gestart met stap 3.
Stap 3
Rol van de omgeving onderzoeken
Op dit moment zijn vlooien, mijten, huidinfecties en voeding uitgesloten als oorzaak voor de klachten.
Na het uitsluiten van andere mogelijke oorzaken en passende klachten, is de diagnose omgevingsallergie (Feline Atopic Skin Syndrome; FASS) gesteld. Er kan dan gestart worden met levenslange behandeling.
Bij deze stap worden allergietesten en behandelingsopties besproken.
Controle
Na het afronden van het eliminatiedieet wordt meestal de diagnose omgevingsallergie gesteld.
Tijdens dit consult krijg je informatie over de allergie met de focus op behandelingsmogelijkheden.
In veel gevallen krijg je informatie mee naar huis en wordt er een symptomatische behandeling gestart voor de lange termijn.
Omdat elke kat anders is, zullen er hierna één of meerdere controle of evaluatie momenten volgen voordat de klachten geheel onder controle zijn. Dit is ook afhankelijk van de gekozen behandeling en type klachten.
Als je kiest voor immuuntherapie dan kan er bloedonderzoek gedaan worden of je kunt doorverwezen worden naar een dierendermatoloog voor verdere diagnostiek (huidtest) en behandeling.
Stap 4
Bij een klein deel van de katten is er een andere (meer zeldzame) oorzaak voor de jeuk en huidklachten. Bovenstaande onderzoeken, testen en behandelingen leveren dan niks op. Of er is sprake van een gecompliceerde combinatie-allergie waardoor er net een andere benadering noodzakelijk is om de diagnose te kunnen stellen en de klachten onder controle te krijgen.
Doorverwijzing naar een dierendermatoloog is dan de beste optie.
Het herkennen en aanpakken van jeukklachten bij katten kan overweldigend, frustrerend of een langdurig traject zijn. Daarom heb ik deze blog geprobeerd een duidelijk, stapsgewijs plan te delen met tips en informatie.
Helaas is een stappenplan zonder begeleiding of controles niet realistisch. Dit leidt in veel gevallen niet tot een (juiste) diagnose. Elke stap, behandeling of verandering zal uiteindelijk geëvalueerd moeten worden. Bijsturing is vaak noodzakelijk en de uitkomst is niet altijd zwart-wit.
Bovendien hebben meeste katten met jeuk en huidklachten chronische klachten waardoor alleen verandering van het dieet of start van vlooienbestrijding niet tot het verdwijnen van de klachten zal leiden.
Vragen, opmerkingen, hulp
Heb je na het lezen van deze blog of één van de andere artikelen vragen, opmerkingen of wil je graag hulp. Laat het me vooral weten via één van mijn social media kanalen (Facebook of Instagram), stuur een e-mail naar info@huidadviesvoordieren.nl of vul het contact formulier hieronder in.