Huidadvies voor Dieren

Informatieve website over huidproblemen voor huisdiereigenaren

Bijgeven van essentiële vetzuren: wie, wat, waar

Home / Alle artikelen / Bijgeven van essentiële vetzuren: wie, wat, waar

Bijgeven van essentiële vetzuren: wie, wat, waar

Ik krijg veel vragen over het supplementeren van omega 3 en/of omega 6 vetzuren. Ook lees ik op internet veel (onzin) over deze essentiële vetzuren.
In deze blog beantwoord ik de volgende vragen: 

  • Zijn essentiële vetzuren niet altijd aan (goede) voeding toegevoegd?
  • Supplementeren: wanneer wel en wanneer niet?
  • Geef je omega 3 en 6 vetzuren als kuur of kun je het constant blijven geven?
  • Als je supplementen met essentiële vetzuren geeft, is dat dan altijd de combinatie van 3 én 6?

Zijn essentiële vetzuren niet altijd aan het voer toegevoegd?

Er zijn ontzettend veel soorten dierenvoeding te koop. Meeste diereigenaren geven brokken aan hun huisdier. Een steeds groter wordende groep mensen geeft vers vlees. Niet elk vers vlees dieet is compleet en goed uitgebalanceerd. Als je het dieet zelf wilt samenstellen dan is het erg belangrijk dat je precies weet waar je mee bezig bent. 

Essentiële vetzuren zijn niet altijd aan het voer toegevoegd

Als je je huisdier brokken voert, dan hoef je je geen zorgen te maken. Volgens de wet- en regelgeving moet de voerfabrikant omega 3 en 6 vetzuren (essentiële vetzuren) aan het dieet toevoegen. Krijgt jouw huisdier vers vlees? Dan is het belangrijk om na te gaan of er (voldoende) essentiële vetzuren in het vlees zitten! 

capsule-1079838_1920

Kuurtje of voor altijd?

Bij bepaalde aandoeningen maar ook het voeren van rauw vlees zonder toevoegingen worden essentiële vetzuren in principe levenslang aan het dieet toegevoegd.

Er zijn voedingssupplementen waar op het etiket staat aangegeven dat het product maar een bepaalde tijd gegeven mag worden. Na een ‘wash-out’ of stop-periode kun je weer verder gaan met het desbetreffende supplement. 

Als een dier een tekort aan omega 3 of 6 vetzuren heeft dan kunnen we het tekort opheffen door essentiële vetzuren bij te geven. Echter is het belangrijk om te achterhalen waardoor het dier een tekort (deficiëntie) heeft opgelopen.  

Is het altijd een combinatie van omega 3 en 6 vetzuren?

Nee zeker niet! Er is één ding heel belangrijk:

Wáárom wil je vetzuren (bij)geven?

Redenen om omega 3 of 6 vetzuren te geven:

  • doffe vacht
  • droge huid en schilfers
  • ondersteuning van huidbarrière
  • remmen van jeuk of ontsteking
  • behandeling van bepaalde aandoeningen (artritis, gingivitis, etc.)
  • om medicatie te kunnen afbouwen (bv. anti-jeuk medicijnen)

Beide vetzuren werken op een andere manier en hebben dus ook andere effecten op de gezondheid. Idealiter wordt er ook gekeken naar de samenstelling van het voer en op basis daarvan een keuze gemaakt. 

Kort door de bocht:
– Omega 6 vetzuren zijn heel belangrijk voor de huid
– Omega 3 vetzuren werken ontstekingsremmend

Er bestaan producten met alleen omega 3 of 6 vetzuren en producten met beide vetzuren. Om een keuze te maken is het belangrijk om te beslissen wát wil je bereiken met het supplementeren.
Wil je de jeuk remmen?
Dan kies je meestal voor omega 3 vetzuren.
Heeft het dier een droge huid of verminderde barrière functie van de huid?
Dan kies je voor linolzuur (omega 6 vetzuur). 

Supplementeren: wanneer wel?

Omega 3 en 6 vetzuren zijn essentiële vetzuren omdat honden en katten deze vetzuren niet zelf kunnen maken. 

Om te voorkomen dat er tekorten ontstaan met gezondheidsproblemen als gevolg, is het noodzakelijk om je huisdier compleet en uitgebalanceerd voer te geven. 

Er zijn meerdere redenen om bepaalde vitaminen, mineralen of andere voedingsstoffen bij te geven. Een ander woord voor bijgeven is supplementeren.

Meestal voegen we iets extra’s toe aan het dieet omdat het dier een tekort heeft. Maar steeds vaker geven we voedingssupplementen vanwege de positieve effecten op de gezondheid of om dieren met een bepaalde aandoening te ondersteunen of behandelen.

Wanneer wel?

  • Bij het voeren van rauw vlees (niet-compleet)
  • Bij bepaalde aandoeningen
  • Bij deficiënties

Supplementeren: wanneer niet?

Na inname worden vetzuren via het maag-darm kanaal in het bloed opgenomen. De vetzuren worden naar andere plekken in het lichaam getransporteerd, b.v. de lever. Daar worden de omega 3 en 6 vetzuren omgezet naar andere vormen. Linolzuur (LA) is een voorloper van arachidonzuur (AA)(omega 6 vetzuren) en alfa-linoleenzuur (ALA) is een voorloper van EPA en DHA (bekende omega 3 vetzuren).

De mogelijkheid om bepaalde vetzuren om te zetten is niet voor elk dier hetzelfde. Katten en atopische dieren hebben bijvoorbeeld weinig delta-6-desaturase enzymen. Deze dieren zijn beperkt in het omzetten van linolzuur en alfa-linoleenzuur. Het bijgeven van hoge hoeveelheden LA óf ALA kan dan voor problemen zorgen.

Het is tevens zo dat omega 3 vetzuren een grotere affiniteit voor deze enzymen hebben. Het bijgeven van omega 3 vetzuren kan daarom ten koste gaan van de omega 6 vetzuren. 

Essentiële vetzuren hebben bepaalde effecten op het lichaam (organen, stofwisseling, processen). Het bijgeven kan derhalve ook negatieve gezondheidseffecten met zich mee brengen.

Er zijn geen echte contra-indicaties maar er zijn zeker situaties waarin we voorzichtig moeten zijn met het bijgeven van (grote hoeveelheden) essentiële vetzuren). 

Denk aan:

  • Dieren met obesitas of overgewicht. Het bijgeven van vetzuren gaat gepaard met de inname van extra calorieën. Is jouw huisdier te dik of heeft hij/zij een neiging tot overgewicht? 
  • Vitamine E. Bij peroxidatie van EPA en DHA worden vrije radiacalen gevormd. Deze radicalen kunnen het cellen en weefsels beschadigen. Vitamine E is een antioxidant en voorkomt de vorming van vrije radicalen. Als we grote hoeveelheden omega 3 vetzuren bij gaan geven zónder vitamine E dan kan dit leiden tot een vitamine E tekort of vorming van vrije radicalen. 
  • Dieren met suikerziekte. Het bijgeven van omega 3 vetzuren kan de gevoeligheid van insuline beïnvloeden. Er is meer onderzoek nodig om precies in kaart te brengen wát het gevolg is. Het wordt geadviseerd om bij dieren met suikerziekte voorzichtig te zijn met het bijgeven van essentiële vetzuren. 
  • Dieren met pancreatitis of de aanleg hiervoor. Het is niet bewezen dat het bijgeven van essentiële vetzuren voor een ontsteking van de alvleesklier zorgt. Maar het kan wel voor extra belasting van dit orgaan zorgen. 
  • Dieren die geopereerd moeten worden. Het ontstekingsremmende effect van omega 3 vetzuren heeft technisch gezien ook invloed op de wondgenezing. Eventuele nadelige invloed op de wondgenezing hangt af van hoeveel vetzuren worden bijgegeven en hoe lang maar ook de grootte van de wond.

Maximale hoeveelheid?

In The National Research Council publicatie ‘Nutrient Requirements of Dogs and Cats’ staat de veilige bovengrens van 2,800 mg EPA+DHA per 1,000 kcal van het dieet, dit komt overeen met 370 mg/kg0.75 voor honden. Een hond van 10 kg is dit maximaal 2080 mg EPA+DHA. 
Voor katten is er helaas nog geen veilige bovengrens bekend.

Bron: Lenox CE, Bauer JE. Potential adverse effects of omega-3 fatty acids in dogs and cats. J Vet Intern Med 2013;27:217-226

Kelly van Amersfort
Dierenarts Dermatologie & Orthomoleculair therapeut voor honden
© 2024 Huidadvies voor Dieren